Taalfeest Amersfoort in woord en beeld
Verslag van het vierde Taalfeest op 9 november 2023
Opening
Wethouder Nadya Aboyaakoub-Akkouh opende het vierde Taalfeest met een grandioze toespraak, die een van de hoogtepunten van de avond was. Zij benadrukte het belang van taal in onze cultuur en reageerde ad rem toen zij voor haar speech een roos kreeg met het cellofaan er nog omheen; dat plastic moest er onmiddellijk af.
Na de wethouder trad Stadsdichter Twan Vet op. Hij begon met het gedicht November van J.C. Bloem, dat hij speciaal voor deze avond op muziek had gezet: ‘Altijd November, altijd regen, Altijd dit lege hart, altijd’. Poëzie-liefhebbers weten dat Bloem tussen 1905 en 1915 in de Regentesselaan 6 in Amersfoort woonde. Na het lied droeg Twan Vet twee gedichten voor. Het eerste gedicht ‘Thuiskomst’ sloot mooi aan bij het feit dat Amersfoort uitgeroepen was tot Beste stad van Europa.
Het tweede gedicht ‘Opheffing’ was een gelegenheidswerk dat hij schreef als afscheid van zijn Stadsdichterschap: ‘Straks doet de woordenman het rolluik naar beneden’.
Antoine van Roemburg was weer de enthousiaste en professionele ceremoniemeester van het
Taalfeest. Als geen ander weet hij elk jaar een feestelijke sfeer te creëren en alert te improviseren.
De Taalpubquiz
In het KadECafé verzamelden zich op het Taalfeest maar liefst 28 enthousiastelingen voor de vierde editie van de Taalpubquiz.
Wie alleen kwam werd van harte uitgenodigd zich te voegen bij een van de negen teams.
Na de oude vertrouwde dicteezin passeerden allerlei taalkundige onderwerpen de revue. De deelnemers bogen zich onder andere over cryptogram en anagram, over spreekwoorden en zinsbouwfouten, aardrijkskundige namen en zelfs wat paleografie. In een bijzonder gezellige sfeer zette iedereen zich aan deze uitdagende maar vooral ook leuke taak.
Vol goede moed en met het broodnodige overleg worstelde men zich door de opdrachten. Uiteindelijk won een team dat ter plekke was samengesteld en het deed dit met overtuigende scores. Voor de drie winnaars was er natuurlijk de bekende Taalfeesttaart, die dik verdiend was!
Diggy Dex/Koen Jansen
Diggy Dex is zanger/rapper. Hij schrijft al zijn teksten zelf.
In 2019 verscheen zijn eerste tekstbundel ‘Taalkunstenaars Diggy Dex’ en in februari 2024 komt zijn tweede liedtekstbundel ‘Losse Krabbels’ uit. Diggy Dex vroeg geen geld voor dit interview/optreden. Hij zei: “Stort mijn honorarium maar terug in de kassa voor het volgende Taalfeest.”
Het interview verliep goed en was uiterst interessant. Diggy Dex heeft vier van zijn lied-/rapteksten voorgedragen, onder andere ‘Slaap Lekker’ dat hij samen met de Vlaamse zangeres Eva de Roovere schreef op basis van haar liefdeslied ‘Fantastig toch’ (geen taalfout, samenvoeging van fantastisch en lastig). Zij scoorden hiermee een hit in Nederland en België, nr. 2 in de Single Top 100. Ook droeg Diggy Dex de tekst voor die hij schreef over de dood van zijn vader: ‘Vaders Zoon’. Ook presenteerde hij zijn ode aan Amersfoort: ‘Mijn Stad’.
Diggy Dex vertelde zeer openhartig en ontwapenend over hoe zijn teksten tot stand komen (hij heeft altijd een dictafoon bij de hand voor spontane ingevingen), het schrijfproces (feedback van bandleden) en zijn inspiratiebronnen (‘Je moet ook goed naar gesprekken achter je luisteren’).
Ook beantwoordde hij welwillend vragen uit het publiek. Bijna 30 personen bezochten het interview. Ook de moeder van Koen Jansen zat in de zaal. Koen liet weten dat hij het een mooi gesprek had gevonden.
Lidewijde Paris
Lidewijde stelde zich aan de 30 aanwezigen voor en ging meteen de diepte in met haar presentatie ‘Literatuur in een verander(en)de wereld’.
Zij liet een tekst lezen over de kwalijke invloed van de boekdrukkunst op het maatschappelijk leven en vroeg ons deze tekst in de tijd te plaatsen. Dus eigenlijk was in die 19e eeuw al de angst voor fake-news.
Daarna schetste zij aan de hand van Gustav Flaubert’s ‘Madame Bovary’ (1857) de wereld van de 19e eeuw en hoe er toen tegen dat werk aan werd gekeken. Voor de meesten onder de 30 luisteraars ging er letterlijk een wereld open. Concreet: als je de tijd en de wereld van toen kent, begrijp je beter wat de auteur wil zeggen.
Dat geldt voor alle literatuur. In vogelvlucht passeerden: ‘De hut van oom Tom’, ‘1984’, ‘Max Havelaar’.
Ook kwamen vertaalproblemen aan de orde zoals: is een “white man” een witte man of een blanke. Moeten vertaalde Roald Dahl’s worden aangepast aan onze tijd?
In een rap tempo heeft Lidewijde velen aan het denken gezet en enkele boeken zullen zeker met nieuwe ogen gelezen worden.
Vivien Waszink
Een workshop over veranderd taalgebruik o.l.v. Vivien Waszink (taalkundige, lexicograaf en schrijver).
Nadat Vivien welkom is geheten en ook alle bezoekers (40) behandelde Vivien in soepele vaart de inhoud van haar boek ‘’Dat mag je (ook niet meer) zeggen. (2022). Door vragen uit het publiek ontstond er een levendig gesprek.
Mannetje (m/v/x) gezocht. Is het directeur of directrice? Over genderneutraal gebruik? Wat is genderneutraal en gender?
Cisgender sapioseksuelen: gender en geaardheid. Als het over iemands gender gaat, gaat het vaak ook over iemands geaardheid, hoewel dit twee verschillende dingen zijn.
Woorden voor mensen die dingen doen.
Vrouwen worden/werden anders geduid in taal dan mannen. Zo kun je beter menskracht gebruiken dan mankracht. Nieuwe woorden ontstaan er bijvoorbeeld voor mannen zoals mansplaining.
Denk niet zwart, denk niet wit.
Het n-woord. Vivien vertelde de historische betekenis van het woord negro vandaan komt: aan het begin van de zeventiende eeuw werd het overgenomen uit het Spaans of Portugees. Het betekende in die taal een zelfstandig naamwoord: zwarte persoon; zwarte Afrikaan, maar ook zwarte slaaf. En zo is het in de achttiende eeuw ook overgenomen in het Nederlands.
Allochtonen, medelanders en mensen met een migratieachtergrond.
Veranderd taalgebruik zien we ook in deze woordenreeks. Daar waar het gaat om de ander anders te benoemen.
Tot slot: Van ‘dat mag je ook al niet meer zeggen’ naar ‘dat mag je ook zeggen’. Nieuw of anders is niet altijd eng of stom. Geen woordverbod, maar verandering van perspectief.
Conclusie: Taal leeft!
Marc van Oostendorp
Met ongeveer 15 deelnemers was deze workshop zeer geslaagd. Erg leuk was, dat onder de aanwezigen zelf veel dialectsprekers waren. Marc was een enthousiasmerende verteller die graag op vragen van deelnemers inging; er was dan ook veel interactie. Zo gingen er vragen over wanneer we kunnen spreken van een taal of van een dialect, en liet Marc weten niet bang te zijn dat dialecten ooit zullen verdwijnen. Ze zijn immers een onderdeel van onze identiteit.
De dialectenquiz zorgde voor hilariteit en verbazing, en gaf meer inzicht in hoe dialecten met elkaar verbonden zijn. Aan het einde van de workshop bleek dat we nog rustig drie kwartier hadden kunnen doorpraten, maar de tijd was al op. Een mooie en waardevolle aanvulling op het Taalfeest-programma!
Pauze
Fay Lovsky en Laurens Joënsen
Het Taalfeest werd afgesloten met een eclatant optreden van de vermaarde zangeres Fay Lovsky met gitarist Laurens Joënsen. Zij traden ruim drie kwartier op met liedjes die alle een eerbetoon vormden aan de Nederlandse taal. Meeslepende muziek, originele teksten en betoverende zang. Fay Lovsky is een multi-instrumentaliste; zelfs de zingende zaag kent geen geheimen voor haar. Zij zong speelse en cabareteske liedjes, zowel van haar eigen album Eigen Weg als van bijvoorbeeld Drs. P (Goed Nieuws). Ook Laurens Joënsen zong enkele Nederlandse liedjes, bespeelde diverse instrumenten en bleek een uitermate komisch talent te zijn.
Fay Lovsky schreef over dit optreden in de grote bibliotheek: ‘Was een ervaring daar in uw schone zaal met die mooie oplopende bureeltjes met lampjes, wat een schitterend gezicht.’ Ja, een prachtig decor voor een sprankelende voorstelling.